Naar inhoud springen

Claude Lamoral I van Ligne

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Claude Lamoral I
1618 - 1679
Claude Lamoral I van Ligne
3e Prins van Ligne
Periode 1641 - 1679
Voorganger Albert Henri
Opvolger Henri
Onderkoning van Sicilië
Periode 1670 - 1674
Voorganger Francisco Fernandez de la Cueva
Opvolger Fadrique de Toledo y Osorio
Gouverneur van Milaan
Periode 1674 - 1678
Voorganger Gaspar Telléz-Girón
Opvolger Juan Henriquez de Cabrera

Claude Lamoral van Ligne (Belœil, 8 november 1618 - Madrid, 21 december 1679) was een Zuid-Nederlands militair en diplomaat in dienst van de Spaanse koning. Hij was lid van de adellijke familie Ligne en was prins van het gelijknamige gebied.

Claude Lamoraal I van Ligne werd geboren in het ouderlijk kasteel te Belœil, als tweede zoon van Floris van Ligne en Louise van Lotharingen. In 1641 volgde hij zijn broer Albert Henri van Ligne op als derde prins van Ligne. Het jaar daarop trouwde hij met de weduwe van zijn broer, Clara Maria van Nassau-Siegen (1621-1695). Hij werd geridderd in de Orde van het Gulden Vlies en was Grande van Spanje.

Als jongere zoon begon hij een militaire carrière, aanvankelijk onder het bevel van zijn oom en latere schoonvader Jan VIII van Nassau-Siegen. In 1647 kreeg hij het commando over de Spaanse cavalerie in de Zuidelijke Nederlanden, dat hij gedurende twintig jaar zal uitoefenen.

In 1660 werd Claude Lamoraal belast met een ambassade aan het koninklijke hof van koning Karel II van Engeland. De aankomst in Londen met zijn uitgebreide en luisterrijke gevolg was een gebeurtenis van formaat.[1]

De intrede van Claude Lamoraal van Ligne in Londen in 1660, kasteel van Belœil (François Duchatel)

Tien jaar later werd hij benoemd tot onderkoning van Sicilië. Daar versterkte hij de kusten tegen mogelijke aanvallen van Turkse piraten. Tot deze vestingwerken behoorde de Torre di Ligny te Trapani. Hij was van mening dat hij een oproer in Messina had voorkomen bij zijn vertrek als onderkoning (1674); niets was minder waar. De Anti-Spaanse opstand in Messina vond plaats van 1674-1678.

In 1674 werd hij benoemd tot gouverneur van Milaan. Na vier jaar verliet hij die post en sleet zijn laatste levensjaar in Madrid, als lid van de Consejo de Estado.

Na zijn dood bouwde zijn vrouw Clara Maria het kasteel van Belœil uit. In die tijd werd ook een tuin van 25 hectare aangelegd in Franse stijl.

Huwelijk en kinderen

[bewerken | brontekst bewerken]

In 1642 trouwde Claude Lamoral I van Ligne met Clara Maria van Nassau-Siegen en zij kregen samen vier kinderen:

Voorouders van Claude Lamoral I van Ligne
Overgrootouders Filips van Ligne (1533-1583)

Margaretha van Lalaing (-1598)
Hugo II van Melun (1520-1553)

Yolanda de Werchin de Barbançon (1521-1583?)
Nicolaas van Lotharingen (1524-1577)

Catherina van Lotharingen (1550-1606)
Karel van Moy (1540-1604)

Catherina van Suzanne (1550-1623)
Grootouders Lamoraal I van Ligne (1563-1624)

Anna Maria van Melun (1565-1634)
Hendrik van Lotharingen (1570-1600)

Claudia van Moy (1572-1627)
Ouders Floris van Ligne (1563-1624)

Louisa Van Lotharingen (1595-1634)
Claude Lamoral I van Ligne (1588-1622)

Bronnen en noten

[bewerken | brontekst bewerken]
  1. Susan Tipton; Diplomatie und Zeremoniell in Botschafterbildern von Carlevarijs und Canaletto Journal of the International Association of Research Institutes in the History of Art, 2010. Gearchiveerd op 4 maart 2016.